Dat een debiteur niet betaalt, is al erg genoeg. Dat je als ondernemer ook nog eens btw moet afdragen over de niet-inbare vordering is nog veel zuurder.
Gelukkig is er wel een oplossing want er is een regeling dat een btw-ondernemer met zo’n onvolwaardige vordering op een debiteur onder voorwaarden recht op een teruggaaf van btw heeft.
Is dat toch even fijn. U kunt de btw terugvragen zodra het zeker is dat uw vordering (gedeeltelijk) oninbaar is.
De vordering wordt vanaf 1 januari 2017 in ieder geval als oninbaar aangemerkt uiterlijk 1 jaar na het verstrijken van de uiterste betaaldatum die tussen u en uw klant is overeengekomen.
Als geen betalingstermijn is vastgelegd, dan geldt de wettelijke betalingstermijn van 30 dagen na ontvangst van de factuur door uw klant. Het bedrag van de teruggaaf verwerkt u in de aangifte over het tijdvak waarin de oninbaarheid is ontstaan of de 1-jaarstermijn is verstreken. U vult het bedrag dat u terugvraagt in als negatieve omzet en negatieve btw bij vraag 1a of vraag 1b van uw btw-aangifte.
0 reacties